Het kan natuurlijk altijd gebeuren dat je in alle drukte vergeet om je deur op slot te doen of je sleutel in het slot laat zitten. Wanneer dit gebeurt, is het voor een inbreker natuurlijk kinderspel om zichzelf de toegang tot je woning te verschaffen. Wel zie je vaak dat de inbreker het zekere voor het onzekere neemt en toch vaak met een smoes in z’n achterhoofd aanbelt om zeker te weten dat er niemand thuis is. Maar op basis waarvan kiest een inbreker eigenlijk een huis om in te breken?
Beveiligingssystemen schrikken af
Een inbreker is het er natuurlijk alles aan gelegen om niet gepakt te worden. Ze zullen daarom ook altijd op zoek gaan naar een woning waar op het eerste ook geen inbraakbeveiliging aanwezig is. Je doet er daarom dus ook goed aan om een camera in het zicht te hebben hangen. Dit schrikt namelijk veel inbrekers af, waardoor ze in ieder geval aan jouw huis voorbij gaan wanneer ze een huis kiezen om in te breken. Bekijk de staat van uw sloten ook eens!
Huis wat afgelegen ligt minder vaak gekozen
De meeste inbrekers kiezen er niet voor om in te breken bij een huis dat midden in een woonwijk staat en waar ze niet de mogelijkheid hebben om ongestoord te werk te gaan. Wanneer het dus voor een inbreker niet mogelijk is om een huis via de achterkant te kunnen bereiken, is de kans vrij groot dat ze dit huis laten voor wat het is. Het risico op dat ze gepakt worden is natuurlijk bij de voordeur een heel stuk groter.
Weinig licht, slecht idee
Een inbreker wil natuurlijk niet worden gezien. Dus wanneer ze tijdens een poging direct in de spotlights staan omdat je er een flinke lamp hebt hangen die werkt op bewegingsensor, is de kans vrij klein dat ze doorgaan waar ze mee bezig waren. Het is daarom dus ook aan te raden om er altijd voor te zorgen dat je bij zowel de voor- als achterdeur, wanneer het donker wordt, goed licht hebt. Dit schrikt ze namelijk af.
